Hij reed van het noordelijkste puntje van Alaska naar de zuidelijkste stad van Zuid-Amerika en van Amsterdam naar Tokio op een oude Moto Guzzi V7. Paul van Hooff is een van de grootste avonturiers op de motor die Nederland kent. “Het is de ongeremde nieuwsgierigheid die in me zit. Als mensen zeggen dat het gevaarlijk is, dan wil ik dat met eigen ogen zien.”
Daar had vorig jaar een derde wereldreis bij moeten komen. Een tocht van Zuid-Afrika naar Amsterdam, dwars door het hart van het continent. Maar Van Hooff bleef thuis. Thuis in Bolivia, waar hij bij zijn vriendin en zijn tweeling Santiago en Sebastian woont. Dat betekent ook geen nieuw boek over zijn avonturen, zoals hij na zijn eerdere wereldreizen Man in het zadel en Van hier tot Tokio schreef. Toch zit de journalist en schrijver niet stil. Van Hooff werkt aan de laatste pagina’s van zijn roman De coureur, die binnenkort overal in de boekwinkels moet liggen.
“Het is niet dat een nieuwe wereldreis niet kriebelt. Maar ik heb een leuke vriendin, een tweeling en er heerst corona. Als ik maandenlang weer op de motor kruip en daarover vervolgens nog een boek moet schrijven, dan ben ik anderhalf jaar bezig. Dat voelt op dit moment egoïstisch. Ik worstel met de verantwoordelijkheid naar mijn kinderen toe. En bovendien is het duur.”
Leef je droom
Hoe anders is dat in 2005. Van Hooff is dan 41 jaar, alleenstaand en een succesvolle journalist die in de motorwereld en voor omroepbladen werkt. Maar hij is ook een man met een droom. “Je leeft een leven maar één keer. Als je dan een bepaalde droom hebt, dan vind ik dat je aan jezelf verplicht bent om die te verwezenlijken. Voor mij was dat al heel lang reizen. Daarnaast heb ik iets met motoren. Die combinatie moest het worden. Met een motor over de wereld gaan. Dat is best een enge gedachte en er zijn duizend excuses te bedenken om het niet te doen. Maar als je het niet doet, dan word je ongelukkig. Cynisch zelfs. Het was de beste beslissing van mijn leven.”
“Eigenlijk heb ik dat altijd in me gehad. Duitsers noemen het met een mooi woord Fernweh. Heimwee naar de verte. Als kind groeide ik op in De Zilk, een bollendorpje bij Lisse. Toen we een jaar of elf waren, struinden we met de jongens uit het dorp door de duinen. Spannend, want het mocht niet. Dan kwamen de boswachters achter je aan, dus af en toe moest je wegduiken. Maar na een paar uur lopen bereikten we de zee. Ik was daar de enige die door wilde gaan. De zee was voor mij niet genoeg. Ik wilde verder, kijken wat er voorbij de horizon ligt. Die nieuwsgierigheid heb ik nooit kunnen beteugelen. Het is een bepaalde onrust. Waar het vandaan komt, ik heb geen idee.”
De juiste keuze
Op het moment dat Van Hooff in 2005 tijdens de eerste dagen van zijn eerste wereldreis over de Dalton Highway naar het noordelijkste puntje van Alaska rijdt, weet hij dat hij de juiste keuze heeft gemaakt. “Ik reed daar op mijn Guzzi en verder was er helemaal niets. Je bent daar in je eentje midden op de toendra, die vier keer zo groot is als Nederland. Er is geen geluid, er zijn geen bomen en er is geen vliegtuig te zien. Ik voelde me helemaal alleen op de wereld. Dat is zo’n rijk gevoel! Daar realiseerde ik me dat ik het geflikt had. Ik had me losgeweekt uit de georganiseerde wereld die Nederland is. En dat op een destijds dertig jaar oude Guzzi.”
“Op zo’n moment, als je daar helemaal alleen aan de rand van de wereld staat, dan kom je zo dicht bij essentie van het bestaan. Toen wist ik, ook al was ik pas twee weken onderweg, dat als het morgen klaar zou zijn, dit het allemaal waard was. Je bent ineens zo vrij als een vogel. Prachtig!”
Het wordt een reis van 60.000 kilometer, die drie jaar duurt. De tocht gaat door de Verenigde Staten, door Midden-Amerika naar Bolivia. Van Hooff krijgt er een vriendin die zwanger wordt. Hij wordt vader van een tweeling, maar voor die tijd maakt hij zijn reis naar Ushuaia, het zuidelijkste punt van Argentinië en Zuid-Amerika, wel af. Om daarna tijdelijk terug te keren bij zijn vriendin.
Hoe anders is de situatie tien jaar later. Na de scheiding van de moeder van zijn kinderen zit de journalist moederziel alleen in Nederland, duizenden kilometers bij zijn zoons vandaan. “Die tweede wereldreis was voor mij een manier om weer bij ze te komen. Tegelijkertijd ben ik verslaafd aan de onvoorspelbaarheid. Als je reist is elke kilometer die je maakt nieuw, je bent er nooit eerder geweest. Dat is zo mooi.”
“Onderweg, als je je weer onderdompelt in een nieuw landschap, dan kom je zintuigen te kort. En ondertussen hoor je continu dat geplof van die trouwe Guzzi onder je kont. Dat is hallucinerend. Eigenlijk snap ik niet dat de hele wereld dit niet doet. Voor mij is dit het allermooiste. Sommige anderen doen het fietsend of lopend. Maar voor ons motorrijders is zo’n reis de heilige graal.”

Op zoek naar het gevaar
Daarbij schuwt de avonturier het gevaar niet. Hij gaat zonder visum naar Iran en reist met ijskoude temperaturen door Rusland. “Mensen verklaren me soms voor gek, maar het is de ongeremde nieuwsgierigheid in mij. Als iemand zegt dat iets gevaarlijk is, dan wil dat ik met eigen ogen zien. Ik wil het zelf ervaren en me niet laten leiden door anderen. Want heel vaak roepen mensen maar wat. Zo zeiden ze dat Rusland en Iran gevaarlijk zouden zijn. Nou, ik ben er als een koning ontvangen en heb er heel veel vrienden gemaakt.”
“In 2005 was ook Colombia nog echt een gevaarlijk land. Er heerste daar een burgeroorlog tussen de rebellengroep FARC en het regeringsleger en er waren verschillende drugskartels actief. Regelmatig werden er mensen ontvoerd. Maar ik heb er zes maanden gezeten en ook echt het gevaar opgezocht. Er gebeurde niets. Tegelijkertijd leer je er ook van, want je moet jezelf staande houden in die landen. Je moet de juiste toon vinden naar de mensen toe en dan valt het vaak mee. Als je zenuwachtig bent van nature of snel raakt aangebrand, dan moet je zo’n reis niet maken.
Oude Guzzi als ambassadeur
Ook die oude Guzzi helpt hem daarbij. “Het is een onderdeel van het avontuur. Je kunt natuurlijk ook die wereldreis maken op een BMW 1200 GS met alles erop en eraan. Maar daar moet ik echt helemaal niets van hebben. Dat is geen avontuur! Dat is de voortzetting van het luxe leven dat je in Nederland leidt. Als je zo’n ding hebt, dan mag je pak en helm ook 2.000 euro kosten.”
“Ik weet bovendien vrijwel zeker dat het op een 1200 GS veel moeilijker is om met mensen in het buitenland in contact te komen. Je overklast hen met je materiaal. Als ze mij zien, dan denken ze: ‘Die gozer heeft hulp nodig.’ Ik ben geen bedreiging voor hen. Ik sta niet boven hen, ben geen verwaande westerling.”
“Hoewel, in Rusland, waar ze zelf op oude Urals rijden, hadden ze me misschien liever wel op een GS gezien. Maar het respect wat je van die mensen krijgt omdat je op een oude Guzzi rijdt, prachtig. Bovendien, mensen willen over dit beestje praten. En hij heeft nog een voordeel: die Guzzi mag omvallen, hij mag kapot gaan. Je kunt er desnoods met een hamer een deuk in slaan, daar wordt hij alleen maar mooier van. Dat is toch even anders dan rijden op een nieuwe GS.

Zoektocht naar een historische motor
Maar nu dus een heel ander project, een roman. Dagelijks zit Van Hooff er aan te schrijven, in zijn studiootje in Sucre, de feitelijke hoofdstad van Bolivia. Duizenden motorliefhebbers genoten van zijn vorige twee boeken, maar met De coureur probeert hij iets nieuws. “In Bolivia is niets, maar ik moet wel iets doen. In die dertien jaar dat ik hier woon, heb ik nooit iets verdiend. Nu had ik nog wat geld over van mijn laatste werkreis naar Nederland en dat moet je dan goed besteden.”
Het leven van een coureur is Van Hooff niet helemaal onbekend. Jarenlang reed hij op snelle Ducati’s in het verkeer. Voor het blad Motor Magazine mocht hij verschillende keren actief zijn op het TT Circuit. “Ik had al jaren het simpele idee om over een coureur te schrijven. Geen idee wat. Dat dreigt nu een mooi rond verhaal te worden.”
Het boek begint op de start grid in Assen. Daar gaat, buiten de schuld van de coureur om, heel veel mis voor de coureur. Uiteindelijk wordt zelfs zijn team opgeheven en zijn droomleven is voorbij. Dan krijgt hij van zijn vader, een motorverzamelaar, de opdracht om op zoek te gaan naar de Vincents van dichter Jan Hanlo. Hanlo, een van de geruchtmakendste dichters van de vorige eeuw, was eigenaar van drie van deze motoren die tegenwoordig 130.000 euro per stuk kosten en reed zich uiteindelijk op een ervan dood. In het boek begint de coureur een zoektocht naar de drie Vincents die hem onder meer in Argentinië brengt.”
Van Hooff kreeg onder meer hulp van oud-coureur Jeffry de Vries. “Hij heeft me veel geleerd over de racewereld. Hoe leeft een coureur en wat kan er misgaan. Want alles moet kloppen. Daarnaast heb ik prachtige anekdotes gekregen. Met dit boek doe ik iets terug voor de motorwereld, die mij ook altijd veel heeft gegund. Ik hoop dat het aanslaat. Want dat zal mijn reis door Afrika een stuk makkelijker maken.”
Want uiteindelijk moet die derde wereldreis er komen. “Daarmee is voor mij de cirkel rond. Het zal waarschijnlijk wel weer een ruige reis worden. Ik zal door landen reizen als Mozambique, Congo, Nigeria, Liberia en Burkina Faso, dwars door donker Afrika. Ik weet het, dit zijn niet de veiligste landen, maar ik weet ook dat ik het toch ga doen. In Nigeria ben ik geboren in een gebied waar tegenwoordig de Islamitische terreurbeweging Boko Haram actief is. Ik ben er nooit terug geweest. Maar kom ik er in de buurt, dan ga ik er naartoe. Ook al is het gevaarlijk. Ik doe het.”
Leuk verhaal over Paul van Hooff heb alles gelezen, hoop dat zijn nieuwe boek snel uitkomt
Half juli, Marcel, komt De coureur uit.
Cool artikel; ik volg Paul al jaren, altijd leuke avonturen! Succes is hem van harte gegund!
Mooie plannen,en hij gaat het weer flikken hoor die Paul van Hooff.Ik ben stilletjes wel een beetje jaloers op hem….????
Lekker bezig Paul. Zal vast weer een mooi stukje literatuur worden. Heb er zin in!
Prachtig wat deze man beleeft met zijn Guzzi! Al zijn reizen gevolgd en zijn boeken gelezen! Waanzinnig en adembenemend. Klasse.
Ik kijk uit naar je nieuwe boek ‘de coureur’. Verheug me weer om andermaal je plezierige schrijfstijl te ervaren.
Je hebt indertijd mijn copy van ‘man in het zadel’ bij Motoport Leeuwarden gesigneerd. Mijn tripje door Andalucia heeft plaatsgevonden. Het was een feestje van ruim 8.000km motorfun.
Paul, blijf je dromen realiseren. Zelf doe ik het in het klein.
Groet MotormuisFryslan Anton
Ook dit boek koop ik van je.
Wens je een top reis.
Groetjes Frits Janssen
De guzzi heb ik al jaren, heeft intussen Abraham gezien en de berijder ontvangt al aow. Nu nog wat mooie reizen maken.
Hopelijk dit jaar September naar de 100 e verjaardag van het Guzzimerk bij het museum in Mandello(I) Heerlijk!
Wens Paul veel succes bij het schrijven, zie er nu al naar uit.
Prachtig, Paul leeft het leven waar velen alleen maar van dromen. Een trip met de motor naar Kroatië en een maand rijden op een Royal Enfield in India was voor mij een ogenblik het ultieme motorleven. Niets in vergelijking met het leven van Paul maar voor mij het meest haalbare in mijn manier van leven en ik heb er elke seconde van genoten. Paul succes met je boek en je volgende reis.
Jaaaa leuk Paul! Je vorige boeken waren erg mooi. Ondanks dat mijn kleine teen nog niet 1% van jou avontuurlijke instelling heeft, vind ik het prachtig om je gebeurtenissen lezen. Aangezien ik daarentegen wel ervaring met circuitrijden heb lijkt me dat je nieuwe werk ook weer een mooi boek wordt. Als ik in Kicxstart zie dat ie uit is (of lees dat Joost of Randy er wat over schrijft) wordt ie besteld! En anders zie ik je misschien wel weer met Guus op de motorbeurs de “boekies” slijten. Gegroet!
Dat stukje over die GS… Ben het met je eens Paul. Niet boven de mensen staan is zo belangrijk. Dan heb je veel eerder contact. Ik lees je boeken met veel plezier, dus deze komt er vast ook. Helaas ben ik net jarig geweest als je boek uitkomt. Dus koop ik het zelf. Van hier tot Tokio heb ik vorig jaar gehad. Hardcover. Om te bewaren en steeds opnieuw te lezen. T was ook geweldig om je op die reis te volgen via Facebook.
De Coureur, net als de 2 reisboeken van Paul verslonden. Trots dat ik hem destijds gesponsord heb en zo een kleine bijdrage aan zijn reis heb bijgedragen. Blijf alsjeblieft schrijven Paul!!!