De meeste bezoekers van Motorrijders.nl kennen Kawasaki waarschijnlijk door hun motoren, maar het Japanse merk doet veel en veel meer. Niet voor niets heten ze officieel dan ook Kawasaki Heavy Industries.
Noem een vervoersmiddel en Kawasaki heeft ervaring met de bouw ervan. Auto’s, check. Helikopters, check. Onderzeeërs, check. Locomotieven, check. Sinds de oprichting door Shozo Kawasaki in 1878 is het Japanse bedrijf op heel veel vlakken actief geweest. Die veelzijdigheid dankt de Japanse fabrikant vooral aan Kojiro Matsukata, die in 1896 aan het roer kwam te staan.
Hij volgde Shozo Kawasaki op en dacht grootser. Naast de bouw van schepen wilde hij zich ook op treinverkeer en luchtvaart toespitsen. Na meer dan honderd jaar is Kawasaki nog steeds op heel veel fronten actief. Zo kun je bij het Japanse merk onder meer terecht als het gaat om vliegtuigen, helikopters, treinen, turbines, olietankers, ATV’s, jet ski’s, robotics én zelfs ruimtestations.
Maar als Motorrijders.nl zoomen we natuurlijk in op de meest belangrijke tak van Kawasaki, de afdeling motoren. Voor het begin moeten we terug naar halverwege jaren vijftig, als er via het submerk Meihatsu verschillende motoren op de markt worden gebracht. Een aantal jaren later komt er voor het eerst een embleem van Kawasaki luchtvaart op de tank te zitten.
Het is een duidelijk teken dat de Japanners zich meer gaan concentreren als het op motoren aankomt. Zo kopen ze Meguro op, een merk dat zich in die tijd al drie decennia bezighoudt met de productie van motoren. Na wat lichte machines brengt Kawasaki in 1966 de W1 uit. De luchtgekoelde paralleltwin met 650 cc is niet direct een succes, maar dat verandert niet heel veel later met de komst van de H1 Mach III.

Uitstel, geen afstel
Het sprintkanon haalt maar liefst 60 pk uit zijn krachtbron, een 500 cc driecilinder tweetakt. Hoewel de rij-eigenschappen niet al te best zijn, zet Kawa zichzelf met dit model wel neer als een rebels merk. Ietsje daarna, zeg rond 1970, is het haast een vereiste als motormerk om een 750 cc in je pakket te hebben, een revolutie die Honda inzet met de komst van hun CB750 Four. In 1969 zetten zij een dikke viercilinder op de markt die ook nog eens voor Jan Modaal betaalbaar is.
Kawasaki is op datzelfde moment eveneens met een 750 bezig, maar zijn net te laat met hun lancering en dus besluiten ze om de introductie van de Z1 uit te stellen. Ze verhogen zodoende de cilinderinhoud van de geplande Z1 naar 900 cc, om een passend antwoord te hebben op de CB750. In ’72 presenteren ze deze luchtgekoelde vier-in-lijn en al snel blijkt het een juiste keuze te zijn om er een 900 cc van te maken. De 82 pk sterke Z1 wordt een succesnummer voor de Japanners.
De verkoop van Kawasaki-motoren stijgt flink en dus wordt er logischerwijze stevig doorgepakt. Zo zetten ze een eigen fabriek op in de Verenigde Staten, een belangrijke markt voor het groene merk. De oorsprong van die bepalende kleur is zelfs te danken aan de Amerikaanse tak van Kawasaki.
Evenals veel andere merken gebruikt Kawasaki een rode tint voor haar racemotoren, maar dat verandert in 1969. Ze willen opvallen, een duidelijke eigen identiteit ontwikkelen en dus vraagt Kawa aan spuiter Rollin ‘Molly’ Sanders (ook bekend vanwege zwart-gele Yamaha striping) om met wat verschillende variaties voor hun racemonsters te komen.
Zijn laatste demo-kuipwerk die hij aan de Amerikaanse Kawasaki-leiding toont, is limoengroen. Het is de kleur die ze kiezen, omdat deze erg opvalt en nog niet eerder is gezien. Voor het eerst verschijnen de Kawasaki’s in deze opvallende kleur tijdens de Daytona 200 van 1969. Sinds die editie is het Japanse merk aan de kleur groen verbonden.

In eerste instantie is de kleur enkel bestemd voor de race-activiteiten van Kawasaki, maar daar komt in 1982 verandering in met de komst van de Z1000R Eddie Lawson Replica. Daarna wordt de groene kleur steeds vaker gelinkt aan straatmodellen, helemaal met de komst van de Ninja-serie.
In 2022 kan Kawasaki overigens bogen op zestig jaar ervaring in de motorindustrie en ze blijven uiteraard bezig om de motorliefhebbers naar het groene kamp toe te trekken. Dat doen ze onder meer door technologische hoogstandjes uit de hoge hoed te toveren, waarbij ze natuurlijk kennis opdoen binnen de andere takken van Heavy Industries.
Het is dan ook niet heel vreemd dat Kawasaki het enige motormerk is dat momenteel een compressor aangedreven motor in de modellenlijn heeft zitten. En wat te denken van de elektrische toekomst die we tegemoet gaan? Als Kawasaki daar als het ‘groene’ merk geen sterke troef in kan zetten, dan weten we het ook niet meer.
Jullie slaan de 250 Samurai en de 350 Avenger over, beide met roterende inlaat.
Voor die tijd zeer modern in design waar wij als opgeschoten jongens bij stonden te watertanden, zeker als de twee broers met beide een Samurai bij de plaatselijke kroeg naast elkaar wegspoten.