Frank Kersten (Geldrop, 1967) reed in de jaren 1988 tot en met 1990 voor PDM in het profpeloton als collega van onder anderen Gerrie Knetemann, Greg Lemond en Erik Breukink. Door de ziekte van Lyme was zijn profcarrière helaas van korte duur. Maar naast zijn werk als verhuurder van bedrijfsonroerend goed en projectontwikkelaar van vakantieparken in Tsjechië en Slowakije is Kersten sinds vijf jaar terug in het wielerpeloton – als tourmotard.
Frank Kersten (55) was veelbelovend profwielrenner bij PDM. Tot 1990, toen de ziekte van Lyme hem zijn carrière kostte. Toch koerst hij nu weer op hoog niveau: als tourmotard. Met een cameraman achterop zorgt hij in de hectiek van het peloton voor de mooiste beelden. Aan Motorrijders.nl vertelt hij hoe dat is.
Hoe ben jij tourmotard geworden?
“Ik werkte in de Nederlandse ZLM-tour als assistent bij de dopingcontrole en reed ook de gastenauto. Daar zag ik de motards rondscheuren en dacht: dat iets voor mij! Ik reed toen al 28 jaar motor en kan als oud-profrenner de koers goed lezen. In de vijf jaar die ik nu als tourmotard werk, heb ik al onder meer de Giro d’Italia en Tour de France mogen doen.”
Hoe is het om als motorrijder in het peloton te rijden?
“Heel leuk, maar het is bepaald geen toerritje! Je zit in de koers zo’n vijf uur op de motor. In opperste concentratie, want je mag geen fouten maken. En dat in grote rondes drie weken lang bijna letterlijk elke dag. Dat is echt zwaar.”
Scheelt het dat je zelf wielerprof bent geweest?
“Zeker! Als oud-renner lees je de wedstrijd; je weet wat er kan of gaat gebeuren. Toch ben ik maar een van de weinige oud-wielrenners die dit werk doen. Meer dan vijf zullen het er niet zijn. De bekendste motards met een profverleden zijn de Belg Frank Hoste en de Italiaan Guido Bontempi. Grappig genoeg heb ik met beide heren nog gekoerst – op de motor ben ik nu echt weer ‘terug in het peloton’.

Hoe rijdt dat met zo’n cameraman achterop?
“Zwaar! De goede man stáát meestal, en hij draait, leunt en beweegt ook nog veel – alles voor de beste shots. Je moet als tourmotard dan extra rustig blijven.”
Hoe communiceren jullie in de koers?
“Met een oortje in de helm. Hij zegt wat hij wil en wanneer hij wat wil, zodat hij het mooiste beeld kan schieten. Gek genoeg rijden veel motards zonder oortje. Onbegrijpelijk, vind ik. Als er eens wind onder je helm slaat, hoor je even helemaal niets. Dan kun je op cruciale momenten net te laat zijn.”
Wat voor motor rij je?
“Een BMW R 1200 GS. Een echte allroad, dat is het beste voor dit werk. Met luchtvering, da’s extreem prettig. Er zit een iPad op voor gespecialiseerde navigatie, USB-poorten voor en achter, plus een radio en ontvanger voor contact met de wedstrijdleiding. Het is best druk zo op de motor, kan ik zeggen.”
Hoe rijd je veilig in een dicht peloton?
“Zeker bergop is het lastig, met een slakkengangetje met 500 kilo tussen je benen op steile haarspeldbochten, met een staande én bewegende passagier achterop. En dan heb je ook nog toeschouwers die mee rennen. Dat is best chaotisch.”

En afdalingen?
“Dan rijd ik altijd schuin achter de renners, zodat we niemand in de weg zitten. Maar een renner bijhouden in volle vaart naar beneden is een sport op zich. Het gaat dan al snel 90 km/u. Een paar jaar geleden in de Tour of Yorkshire zat ik achter de koplopers Steven Kruijswijk en Thomas Voeckler. Het ging ruim 100 km/u in een kletsnatte afdaling. In een gevaarlijke bocht moest ik de motor aan de kant zetten, want het werd té link. Knipperlichten aan zodat iedereen je ziet. En dan weer aansluiten als ze voorbij zijn.”
Wat is je mooiste Tour de France-herinnering als tourmotard?
“Vorig jaar hebben we, al zeg ik het zelf, dé foto van die Tour gemaakt. In de tweede etappe, van Düsseldorf naar Luik, reden we voor de koers uit en glibberden we weg in een bocht. We zijn daar toen blijven staan om het peloton op te wachten. Precies waar wij stonden ging het halve peloton onderuit, mét alle kopstukken. De foto’s die mijn fotograaf Chris Auld daarvan maakte, haalden alle media.”

Dankjewel voor mooie uitleg ben een 83 jaar vrouw en ik vind dit werk wat jullie mannen doen doodeng en spannend
Ik zit elke dag voor de tv
Dankjewel voor een blik in jullie spannende leven
Judy
Ik ben al heel lang benieuwd hoe de cameraman achterop zich staande kan houden. Op foto’s zie ik geen beugel of wat ook waar ze tegenaan kunnen leunen. En hoe gaat dat als de motorrijder plotseling zou moeten remmen.
Ronald