Mocht je in de buurt zijn van een Bagger Party Race, zouden we zeker adviseren om langs te gaan. En wie weet, misschien slaat dit idee wel aan en kunnen we ook in Nederland genieten van dit spektakel!
Meer informatie vind je hier.
Door
Tom van Appeldoorn
Voor we beginnen over de Bagger Party Race even kort wat achtergrondinfo. Niet bekend met ‘baggers’? Geen probleem. Een bagger is in feite een aangeklede cruiser, waarbij er aan de achterkant twee vaste koffers – of ‘bags’ – gemonteerd zijn. De kuip, die op het stuur gemonteerd is, heeft geen of slechts een kort ruitje. Heeft de motor een topkoffer en een grotere ruit op de kuip, dan wordt de bagger een ‘full-dress’. Een bagger is daardoor met name op comfort gericht, maar heeft misschien nog een licht sportief rafeltje.
Op drie plaatsen worden er, verspreid door 2023, races met dit soort machines gehouden in Duitsland. Dit, onder de noemer Bagger Party Race. Niet als competitie, maar als drie losse races. De inzet? Eeuwige roem! Oké, en een beker en champagne. Wij besloten eens een kijkje te gaan nemen bij de race in Harsewinkel, zo’n 130 kilometer vanaf Enschede. Dus rijden we, geheel in stijl, op een Harley-Davidson Street Glide ST en Indian Motorcycle Chieftain Dark Horse die kant op!
Relaxt staat de cruise control vanaf de grens op 135 km/u. Via de speakers van de Harley blaast er muziek van Tusky en IDLES in mijn gezicht. Goed volhouden zo als je echt kilometers moet maken. Aan die bagger lifestyle valt best te wennen. Als we rond half elf in de ochtend aankomen, wijst de navigatie ons een verscholen weggetje het bos in. Na enig aarzelen of we met die twee enorme baggers nog wel kunnen keren mochten we verkeerd zitten, sturen we uiteindelijk toch het pad in. We bereiken een korte rij met andere wachtende motoren voor de ticketcontrole, waardoor we zeker weten dat we goed zitten.
Pas als we de bosschage uitrijden, zien we dan eindelijk het goed verscholen circuit. Hier, in het ‘Emstalstadion’, komen rijders samen om met motoren van BMW, Indian Motorcycle en Harley-Davidson te racen. Specifiek met die drie merken, omdat de importeurs en een aantal dealers van die merken deze races organiseren. Baggerraces dus! En dat gaat er dus wel wat anders aan toe dan relaxt, met de voetjes naar voren, snelwegkilometers vreten. Nee, kont op de koffer, gewicht richting de binnenkant van de bocht en de motor zo recht mogelijk overeind proberen te houden zodat je het blok niet aan de grond rijdt in de apex. Aanpoten!
En dat trekt heel wat bekijks zien we als we het langzaam vollopende parkeerterrein voor motoren zo bekijken. Een divers publiek overigens, getuige het feit dat er tussen de vele cruisers en choppers ook genoeg allroads, nakeds en racers staan geparkeerd. Het wordt een plekje onder de overkapping waar normaal waarschijnlijk racecombinaties opgesteld staan met hun monteurs. Geen afschermde pitboxen zoals je die misschien kent van het TT Circuit Assen of Zandvoort, maar een afdakje.
Want dat is het Emstalstadion. Een lange, ovale asfaltplaat rondom met een binnenterrein met korte bochtjes die van links naar rechts slingeren. Waar er aan de andere kant van de Atlantische Oceaan in gigantische NASCAR-ovals geracet wordt, pakken de Duitsers het anders aan. Normaal wordt er hier slechts met karts, pitbikes en soms met supermoto’s geracet. Op vaste dagen oefenen jongeren hier rijvaardigheidsoefeningen.
En hoewel het iets anders is dan we ‘gewend’ zijn, is het daardoor zeker niet minder vet! Want het blijven races met machines van wel twee en een halve meter lang, tussen de 1768 en 1903cc en tussen de 158 en 178 Nm koppel. Pk’s doen er niet toe op een baantje als deze, met korte links-rechts-links bochtencombinaties. Pittig werk, als we de gezichten van de rijders zien als ze na de training ’s ochtends van de baan komen. Dat zijn overigens niet alleen Duitsers, want ook de Nederlandse Peet Gerards rijdt mee op een Harley-Davidson (nummer 19).
Peet kun je kennen van zijn werk voor The Jekill and Hyde Company, fabrikant van elektronisch regelbare uitlaten, maar ook van zijn sportieve kwaliteiten met een BMW GS. Zo deed hij mee aan de GS Trophy, waar hij zijn offroadkunsten in de schijnwerper zette voor een internationaal rijdersveld. Peet kijkt wat moe uit zijn ogen als we hem in de paddock kort spreken na de training: “Ik heb een zware nacht gehad, want ik was laat thuis van de kwalificatie van de GS Trophy en moest al om vijf uur mijn bed uit om hier op tijd te zijn. Met twee kinderen van 1 en 2 jaar oud, die dan bijna door lijken te hebben dat je je slaap nodig hebt en de hele nacht bezig blijven, kan ik zeggen dat ik het zwaar heb vandaag.”
Er wordt in een paar verschillende klassen gereden, waarbij de stockklasse in principe de vetste is, omdat er hierin met nagenoeg standaard motoren wordt gereden. Dit voelt het meest ‘echt’, waarbij je zo nu en dan ook nog het schrapende geluid van staal op asfalt hoort. In de stockklasse rijden naast Peet nog vijf andere rijders. BMW R18’s, Indian Challengers en Harley-Davidson Electra Glides: een imposant startveld.
Zelfs de koffers zijn nog werkzaam, Peet gooit er zijn petje in voordat hij zijn helm opzet, net als de verlichting en dergelijke. Alleen de treeplanken zijn op de motoren vervangen voor reguliere voetsteunen, waarbij bij sommige machines de bediening van achterrem en schakelpook naar achteren is gezet zodat je sportiever op de motor kunt zitten.
Extra vet is de Le Mansstart die in sommige sessies wordt gedaan in de verschillende klassen. Rijders steken de baan rennend over om bij hun motor te komen die aan de andere kant vastgehouden wordt door een assistent, starten de motor en rijden dan weg.
Het baantje is zoals gezegd tricky, omdat in het binnenterrein snel van links naar rechts gegooid moet worden. Alles doe je met je eigen gewicht, als we Peet vragen hoe hij deze baan aanpakt. Peet: “Als je ‘m met je armen om probeert te gooien of trekken dan lig je zo aan de grond”.
In de eerste heat van de stockklasse zien we voor het eerst hoe zes baggers het tegen elkaar opnemen. Vooraan is het spannend tussen twee Harley’s en een BMW, waarbij Peet met nog vier ronden te gaan vernuftig de blauwe R18 passeert. Maar in de voorlaatste ronde zet de BMW-rijder zijn machine er toch weer langs (luid applaus vanuit het Duitse publiek), waarbij Peet ineens een gaatje laat vallen bij het uitkomen van de bocht. Daarna lijkt het spelletje gespeeld. Maar als de BMW-rijder in de állerlaatste bocht omkijkt om te zien met hoeveel meter voorsprong hij gaat winnen, ziet hij ineens Peet met zijn Electra Glide voorbij schieten. Op de meet scheelt het misschien een halve motorlengte. Harley eindigt deze heat op 1 en 3, BMW op 2.
Hoewel het lastig inhalen is op dit baantje met deze motoren, worden er nog best veel acties gemaakt. Als publiek is het soms wat lastig te zien als dat in het achterveld gebeurt, maar je krijgt alles goed mee omdat de motoren redelijk dicht bij elkaar blijven in de korte heats.
Naast de stockklasse rijdt er ook een performance bagger-klasse. Hierin zijn er meer modificaties toegestaan, waarmee de motoren schuiner de bocht door kunnen en dergelijke. Maar misschien wel de meest speelse klasse op het programma is de hooliganklasse. Hierin rijden Indian FTR1200’s, BMW R nineT’s en een Harley-Davidson Sportster S in mee. Oh, en een zotte R 1250 GS in supermoto-trim. Alle motoren zijn in deze klasse flink gemodificeerd. En door hun lager gewicht, en kortere wielbasis korter, wordt het publiek zelfs midden in de trainingssessie getrakteerd op staande wheelies, burnouts en andere gekkigheid.
Glijdend de bocht in, soms schrapend erdoorheen en al driftend eruit. Ondanks al dat geweld gaat het er allemaal hoogst gemoedelijk aan toe. Als een rijder de ander voorbij wil steken en die actie is te onbesuisd, dan stuurt hij bewust wijd. Vervolgens gaan de handjes van beide betrokken rijders direct omhoog, als teken van wederzijds respect. Mooi!
Glijdend de bocht in, soms schrapend erdoorheen
Hetzelfde gaat op voor de paddock. Publiek kan met een gerust hart tussen de motoren doorlopen. Zelfs als die aanstalten maken om de baan op te gaan. Één Duitser die graag nog even op de foto wil met een BMW-rijder ontvangt een brede glimlach en een vriendelijk handgebaar van een rijder. Zo van: ‘kom maar, kan nog wel even gauw’. En dat terwijl de rest van de rijders al klaarstaat aan de startlijn!
De ‘party’ in de Bagger Party Race slaat met name op de festiviteiten die in de avond gepland staan. Daarvoor is er een podium, waar overdag een DJ wat muziek afspeelt terwijl de bezoekers langs stands van custom bouwers, de raceteams en de wheelie simulator slenteren. Die party maken ik en Lars echter niet meer mee, omdat we aan de terugreis beginnen met onze ‘eigen’ baggers. En na gezien te hebben wat die machines allemaal kunnen in handen van professionele rijders, rijden we merkbaar iets sportiever weg bij het evenement dan we aankwamen. Hoe kan het ook anders, met die trucjes van Peet vers in ons geheugen. Licht doorhangen in de bocht, motor rechtop houden en mikken op waar je heen wil. Ja, rossen met meer dan 350 kilo staal van zo’n bagger gaat makkelijker dan je denkt!
Foto’s: Lars Breuren & Anna Gala
Mocht je in de buurt zijn van een Bagger Party Race, zouden we zeker adviseren om langs te gaan. En wie weet, misschien slaat dit idee wel aan en kunnen we ook in Nederland genieten van dit spektakel!
Meer informatie vind je hier.
Elke week de laatste motortips, tricks, acties en mooiste verhalen in de mailbox? Abonneer je op onze nieuwsbrief!
Laat maar komen naar Nederland Tom dan kom ik ook met mijn 414 kilo ”lompe” Electra – Glide Ultra Limited . Om te kijken dan natuurlijk wat die gasten daarmee kunnen.
Dit is zeker vet, ga er zeker een keer naar toe. Hopelijk komt het ook een keer naar Nederland.