Wil jij Open zelf op de boekenplank hebben? Je vindt hem hier te koop.
Hoewel hij als motorsportjournalist gewend is om zijn toetsenbord flink wat overuren te laten maken, was het een serieuze uitdaging voor Tim Gerth om zijn eerste boek, een biografie over ex-crosser Marc de Reuver, te schrijven. “Een nieuwsartikel schrijven, is te vergelijken met een sprint”, legt hij uit. “Nu moest ik ineens een marathon zien te voltooien. Best pittig als je dat niet gewend bent.”
Fotografie: Huub Munsters Fotografie
Sinds enkele jaren houdt de dertigjarige Tim Gerth zich voor verschillende mediapartijen bezig met de verslaggeving van het WK motocross. Met zesvoudig wereldkampioen Jeffrey Herlings als katalysator is de populariteit van de sport flink gegroeid en dus zou het logisch zijn als Gerth zijn debuut zou maken met een boek over deze Brabantse gigant.
Toch is het juist een voormalige motorcrosser die de aandacht van de in Eindhoven gevestigde journalist trekt. In Open wordt namelijk het levensverhaal van Marc de Reuver vertelt. Uiteraard zijn wij benieuwd hoe deze biografie tot stand kwam en vuurden daarom de nodige vragen op Tim Gerth af.

Allereerst, hoe is bij jou de liefde voor de motorcross ontstaan?
“Vroeger kwam ik als kind veel bij mijn opa en oma. Op zondag keken we daar standaard met z’n allen naar Studio Sport en zo is mijn algehele liefde voor sport ontstaan. Op die manier kwam ik dus ook voor het eerst in aanraking met de motorcross. Later, als student aan de TU Eindhoven, ontstond de ambitie om te gaan schrijven. Uiteindelijk kwam ik in 2015 bij motorsport.com terecht, maar daar was nog geen plek voor de motorcross. Dat vond ik erg jammer, zeker op het moment dat Jeffrey Herlings de overstap naar de MXGP maakte. Gelukkig wist ik ze te overtuigen en ben ik vanaf dat moment de sport intensief gaan volgen.”
Wat trekt je aan in deze sport?
“Ik ben ook liefhebber van de Formule 1, maar daar worden de resultaten voor 95 procent door de auto bepaald. Er zijn maar weinig mogelijkheden om je als atleet te onderscheiden. In de MotoGP is er al veel meer invloed te zien, maar in de motorcross is de prestatie echt voornamelijk te danken aan de rijder. Zet Herlings op een Honda en hij wint nog steeds. Dat vind ik zo mooi aan die sport, daar kan de atleet zich echt nog onderscheiden.”
Wanneer ontstond bij jou het idee om een sportboek te gaan schrijven?
“Ik weet niet wat dat is, maar als schrijver wil je gewoon graag een boek op je naam hebben staan. Op het moment dat ik bedacht dat het verhaal van Marc de Reuver verteld moest worden, ben ik eerst ten rade gegaan bij biograaf Yoeri van den Busken. Hij heeft al flink wat boeken geschreven en ik ken hem goed, aangezien hij in dezelfde straat als mijn ouders woont. Hij heeft me op meerdere manieren geholpen en uiteindelijk besloot ik om Marc te benaderen. Dat had ik op dat moment namelijk nog niet gedaan.”
Lees ook: 9 boekentips voor de motorrijder
Hoe reageerde hij?
“Marc vond het prima, maar ik moest nog wel een uitgever zien te vinden. Van Yoeri wist ik al een beetje wat ik mezelf op de hals zou halen. Het schrijven van een biografie kost ontzettend veel tijd, dus ik wilde pas beginnen op het moment dat we groen licht van een uitgever zouden krijgen. Gelukkig lukte dat al vrij snel en ben ik alles in gang gaan zetten. Er volgden een hoop gesprekken met Marc en de verschillende personen die om hem heen staan. Door corona werd er op dat moment niet gecrosst, dus dat was op zich wel weer fijn. Zowel Marc als ik hadden de tijd om aan het boek te werken.”

Marc de Reuver kende een bijzondere sportcarrière, met veel ups en downs. Het boek staat dan ook bomvol bizarre anekdotes. Wat is voor jou de meest bijzondere passage?
“Wat ik erg mooi vond om te schrijven, is het gedeelte over zijn periode met Theo Eggens. Dat had een boek op zichzelf kunnen zijn. Het was eigenlijk een verhaal dat ik niet echt kende en dat geldt dus misschien ook wel voor de lezer van het boek. Tegen mensen die om mij heen staan, vertelde ik weleens wat over Marc. Zij vroegen zich hardop af of er wel een sympathiek beeld van hem in het boek zou ontstaan, aangezien hij weleens rare dingen deed. En dat is juist zo bizar. Iedereen die ik voor het boek over Marc sprak, zeggen juist letterlijk dat je verliefd wordt op ‘m.”
Jullie karakters lijken redelijk ver uit elkaar te liggen. Dat kan weleens botsingen opleveren. Is dat ook gebeurd?
“Het was gelijk raak tijdens onze eerste ontmoeting, die online plaatsvond. Ik zat nog niet heel lang in de motorcross, maar had een artikel geschreven over Cairoli die wat over Herlings had gezegd. Dat had ik misschien iets te sensationeel opgeschreven en via Facebook reageerde Marc daarop. Hij was best fel en via Messenger probeerde ik nog het gesprek met hem aan te gaan, maar dat liep op niets uit. Marc gaf aan dat ik niet wist waar ik aan begon en dat ik er niets te zoeken had. Dus dat was een prima begin, laten we maar zeggen.
Pas later heb ik ‘m daadwerkelijk ontmoet, voor een interview over de Motocross of Nations die naar Assen zou komen. Ik weet niet of hij vooraf besefte wie ik was, maar aan het einde van het gesprek heb ik ‘m dat voorval nog voorgelegd. Dat kon ie wel waarderen en vanaf dat moment klikte het eigenlijk wel tussen ons. Flinke botsingen zijn niet echt ontstaan tijdens het schrijven van het boek, maar we hadden soms wel te maken met lastige communicatie. Ook had ik zelf de interviewsessies wat langer willen maken, maar dat was geen optie. Marcs concentratie is na anderhalf uur namelijk wel verdwenen. Dan heeft het geen zin meer om nog een serieus gesprek te houden.”
Uiteindelijk, na al die maanden hard werken, heb je dan voor het eerst je eigen boek in handen. Dat moet vast als een magisch moment gevoeld hebben.
“Nou, eigenlijk niet. Het eerste exemplaar was namelijk een heel lelijke uitgave, geprint en afgewerkt met zo’n plakrand. Op de achterkant stond zelfs nog zo’n Lorem Ipsum-proeftekst. Ik had dat exemplaar op het laatste moment, vlak voor de daadwerkelijke verschijning, laten afdrukken. Een vriend van Marc had namelijk door kanker niet lang meer te leven en dus hebben we op die manier geregeld dat hij Open vooraf kon lezen. Het was natuurlijk een supergrote eer dat hij in de laatste fase van zijn leven nog de moeite nam om het boek te lezen. Ik ben echt blij dat we dat nog voor elkaar hebben gekregen.”
De eerste druk was in mum van tijd verkocht. Dat belooft veel goeds. Als het nu een succes blijkt te zijn… Komt er dan een vervolg op Open?
“Marc had laatst een interview op Radio1 en daar gaf de radiomaker ook aan dat er volgens hem nog meer dan voldoende materiaal was voor een tweede deel. Kort daarna was ook de uitgever me al aan het appen, dat het een goed idee was. En inderdaad, er valt nog genoeg over Marc te schrijven. Toch twijfel ik, want dit boek is gemaakt met de gedachte dat er slechts één boek zou komen. Als ik een tweede deel schrijf, dan voelt het toch alsof we Marcs verhaal aan het uitmelken zijn. Plus, een mooier boek dan Open gaat het zeker niet worden.”
