Na een paar slingers doemt achter de bomen een oude boerderij op. Wonen hier nog mensen? Ja dus. Een vrouw kijkt verbaasd op, spelende kinderen zwaaien. Het voormalige Pruisische rijk is dun bevolkt, arm, maar rijk aan mogelijkheden voor offroaders...
Benieuwd naar het eerste deel? Deze vind je hier: In het spoor van Bismarck – Deel 1 →
Dorsz
Natuurlijk tuffen we hierna door tot aan die Oostzee. Die biedt behalve goed zwemwater ook prachtige, witte stranden, kilometers lang. Ook daar stuiven we natuurlijk even overheen, om vervolgens naar een vreemde heuvel bij Darlowo te rijden, waar op allerlei offroad-paden liggen. Hier wordt hier wordt jaarlijks een treffen van militaire voertuigen gehouden. Kijk maar eens op YouTube.
En natuurlijk trialen wij hier ook even heuvel op en heuvel af, tot er toch een politiewagentje aan komt. De agenten stappen uit en speuren met verrekijkers het strand af, met de rug naar ons toe. Ja, daar reden we een half uur geleden… Maar we willen geen slapende Polen wakker maken, dus hobbelen we aan de achterkant van de heuvel naar beneden en maken een omtrekkende beweging naar een strandhut, waar je naar verluidt goed kunt eten. Daar is geen woord teveel van gezegd. De dorsz (kabeljauw) past bijna niet op het bord en kost nog geen anderhalve euro…

Warcino
Jochen Ehlers, de organisator van deze trip, ziet wel iets in mijn idee om wat minder bos en wat meer cultuur te snuiven en besluit om zich samen met mij af te splitsen van de groep. Met zijn tweeën rijden we naar Warcino (Varzin of Warcinie). Weer zo’n enorm oud plaatsje, dat uit de 15e eeuw stamt. Het heeft een prachtige vakwerkkerk en een heel mooi landhuis. Dit landgoed behoorde oorspronkelijk tot Zitzewitz, maar werd in 1867 gekocht door de Pruisische minister-president Otto von Bismarck. Het landhuis bleef tot aan de Tweede Wereldoorlog in het bezit van de familie en werd daarna door de communisten omgeturnd in een bosbouwcollege. Het staat er nog altijd, maar je moet wel weten waar je zoekt, want de Polen zijn blijkbaar niet trots op dit stukje geschiedenis. Er staan geen bordjes naartoe en ook op het landgoed zelf is niets te vinden dat aan dit roemruchte verleden herinnert.
Eerbetoon
Vanuit Warcino volgen we de fietsroutes naar Slawno. Niet dat er fietspaden zijn, het zijn gewoon bospaden en tractorpaden, veelal met mul zand. We komen langs allerlei ex-spoorwegstations en spoorviaductjes, waar al lang geen rails meer op liggen. De Duitsers hebben vroeger flink geïnvesteerd in spoorlijnen, de Russen hebben ze weer afgebroken om het ijzer ergens anders voor te gebruiken. Maar zo komen we wel vrij gemakkelijk in Slawno, een van de oudste steden van midden-Pommeren. Het ligt aan twee belangrijke verkeersaders, waarvan er één naar Gdansk voert.
Het is een wat groter stadje, met 12.500 inwoners. Slawno bestaat sinds 1317. Het was oorspronkelijk een vestingstadje, dat omgeven was door vestingmuren. De oude stadspoorten, die onder grote, prachtig gemetselde torens liggen, zijn in ere gehouden. Dat kun je niet zeggen van de grote tank, die door de communisten als een soort eerbetoon op een verhoging is geplaatst. Het is een nogal roestig eerbetoon. Het stadje Slawno zelf ziet er mondain en vrij modern uit, de mensen zijn goed verzorgd, maar spreken nog altijd alleen Pools. Even een uitdaging als je koffie wilt bestellen. Net als opdrinken ervan, want van koffiefilters hebben ze hier nog niet gehoord. Smaakt evenwel prima! En cafeïne is cafeïne.

Vissers
Van Slawno is het nog maar een klein stukje naar Jaroslawiec, een klein plaatsje dat eveneens aan de Oostzee ligt. Het toerisme is hier duidelijk in ontwikkeling, er zijn allerlei bungalowparken, campings en watersportcentra. Het dorpje zelf is een oud vissersplaatsje, met een leuke oude vuurtoren en een strand waar nog wat te beleven is. De vissersboten worden hier met grote lieren gewoon het strand opgetrokken. En vervolgens worden ze weer het water ingetrokken als ze weg willen. De kleurige boten zien er fantastisch uit en er zijn diverse winkeltjes en restaurantjes. We laten ons in het Pools vertellen wat het viswinkeltje allemaal in huis heeft en nemen wat heerlijke, gerookte zalm mee. Dan kiezen we het meest pittoreske restaurantje uit. Het is een oude bakstenen werkplaats en opslagruimte van de reddingsbrigade. Het is omgebouwd tot restaurant en heeft een leuke sfeer. En goed eten. Ik bestel wederom een dorsz, met friet en drie soorten groenten. Kost 6,90 zloti, omgerekend ongeveer € 1,80. Als ik hier zou wonen, zou ik nooit meer zelf koken…
Authentiek
Terug gekomen bij het hotel lopen we de motoren weer op de aanhangwagen. Het is een krappe 1000 km terug naar huis en dat is best een end. Toch is het wel de moeite waard. Het is duidelijk een land in opbouw, na een aantal moeilijke decennia. Het is allemaal niet heel luxueus, de straten zijn niet heel goed, maar het land is wel authentiek. Het karakter van de stadjes is nog niet aangetast door de moderne tijd en de grote winkelketens.
Er is best wel wat cultuur te ontdekken, maar dan moet je wel je best voor doen want ze zijn hier nog niet echt ingesteld op toeristen. Maar dat heeft ook zijn voordelen. De hotels, het eten, het drinken, het is hier allemaal nog heel betaalbaar en er is vooral veel ruimte. Ruimte die het mogelijk maakt om met je allroad nog een paar onverharde routes te pakken of om zelfs met een offroad hardcore enduro te rijden. Dan moet je echter wel weten waar, want het mag niet overal en als je gepakt wordt op de verkeerde plekken kun je boetes tot € 900 verwachten. Het is ook niet voor niets dat ik met Endurofun Tours op pad ben.

Toeristische informatie:
– Polanow ligt zo’n 1000 km van Nijmegen
– In Duitsland mag je met een aanhangwagen normaal gesproken 80 km/uur, met een speciale ontheffing mag je 100. Daarvoor moet je auto ABS hebben, je aanhanger een oplooprem, hydraulische schokdempers, banden jonger dan 6 jaar en met de juiste load/snelheidsindex. Ook moet de aanhanger een stabilisatorkoppeling hebben, of maximaal 80% van het ledig autogewicht zijn.
– Maximum snelheden in Polen zijn 50 (bebouwde kom), 90 (buiten bebouwde kom), 100 op autowegen, 120 op autowegen met 2×2 rijstroken en 140 op snelwegen. Met een aanhangwagen mag je maximaal 70 buiten de bebouwde kom en 80 op autowegen en snelwegen.
– De bebouwde kom wordt in Polen met een wit, rechthoekig bord met een tekening van huizen aangegeven. Een plaatsnaam is nog geen bebouwde kom. De meeste flitspalen zijn afgeplakt en werken niet. Maar niet allemaal…
– In Polen mag je nog veel offroad rijden, maar zeker niet overal. Het beste kun je daarom een georganiseerde rit rijden, dan weet je ook zeker dat je de mooie plekken te zien krijgt.
– Deze reis werd georganiseerd door het Duitse Endurofun Tours. OpEndurofuntours.com kun je deze en andere on- en offroadreizen boeken. In overleg met Endurofuntours kun je kiezen voor hardcore enduro, allroadtrips of toeristische trips.
– Internetadres Pools verkeersbureau: Polen.travel/nl
– In de meeste tankstations kun je met creditcard of bankpas betalen. De Zloty is de officiële munt, maar Euro’s worden overal geaccepteerd.