Dit was het laatste deel van Tims reis door de Alpen. Wil je meer van Tim lezen dan is zijn vorige trip zeker een aanrader → De Stella Alpina
Het laatste deel van Tim Janssens' offroadreis door de Alpen. Aan het einde van deel 3 stond Tim met een olielekkage stil op de Col du Galibier. Hoe dit verhaal afloopt?
Vorige aflevering gemist? Lees Avontuur in de Alpen – deel 3 hier!
Ik leg mijn verhaal uit aan Henk. Aardig als hij is, besluit hij nog even bij me te blijven om te helpen met de Franse vertaling tussen mij en de sleepdienst. Die beste man spreekt, zoals Henk al had verwacht, inderdaad nog minder Engels dan ik Frans kan. Ik bedank Henk en neem wederom afscheid. In de sleepauto, op weg naar beneden, kan ik nog net vragen hoe de monteur heet en of hij motor rijdt. Dat doet hij niet. Tot zo ver ons boeiende en diepgaande gesprek.

Beneden aangekomen blijkt de berger een Renault garage te hebben. Daar heb je met een Kawasaki niet direct iets aan wat betreft specifieke onderdelen. Weer even bellen met de ANWB alarmcentrale die me vertellen dat er naar een andere oplossing moet worden gezocht. Uren verstrijken en uiteindelijk komt daar het verlossende telefoontje: Morgen komt er iemand naar de garage om naar de motor te kijken. Maar hoe laat hij er dan gaat zijn wordt mij niet duidelijk. De man van de garage hier heeft het over 06:00 uur, de ANWB zegt 09:00 uur. Dat blijft vaag dus. Toeval wil wel dat er iets verder bergafwaarts een camping ligt. Ik besluit de motor maar naar beneden te rollen met al mijn spullen erop en ik geef door aan de ANWB dat ik hier op de camping sta. Dan kan de beste man van de motorzaak daar morgen naartoe komen.
Mede met hulp van mijn handen en voeten maak ik de garagehouder duidelijk dat ik naar de camping ga. Hij vertelt me op een zelfde gebarende manier dat hij mij daar morgenochtend wel even ophaalt en naar boven brengt. Althans, dat denk ik uit zijn verhaal te begrijpen. Ondertussen is het bijna half 4 in de middag en zijn we 10 muesli koekjes en een handje schoolkrijtdrop verder als mijn tentje staat. Door dit alles heb ik nog niet eens tijd gehad voor een fatsoenlijk ontbijt.
Te voet ga ik naar het dorp waar ik bij een Franse pub beland waar ze ook eten serveren. Een hamburger met friet en een biertje gaan er nu wel in. Hier leer ik overigens ook dat het geen “merci” is maar “merci”. Ik hoor nog steeds geen verschil, maar de Franse eigenaar van de pub steekt z’n duim omhoog dus het zal nu wel goed zijn! Terug bij de tent werk ik mijn verslag nog even bij en dan barst er wederom onweer los waarna ik in mijn tentje kruip.

Zaterdag 11 juli
Omdat ik nog steeds niet weer op welk tijdstip de monteur hier zal zijn, sta ik maar gewoon vroeg op. De wekker staat op 05:00 en na 2x snoozen sta ik uiteindelijk op. Alles in de tent wordt weer opgeruimd en in de drybags gestopt. De tent doe ik dan straks wel als ik word opgehaald. Dat blijkt dan toch al om kwart over 6 te zijn als de eigenaar van de Renault garage met een busje aan komt rijden. De tent dus maar nat ingepakt en op naar boven. Alleen gaan we vanaf de camping niet rechtsaf naar de garage maar linksaf. Ineens begint me iets te dagen nu. Zou hij me naar de motorzaak brengen? Hij heeft het over Chambéry. Na wat zoeken op Google zie ik dat die plaats bijna 2 uur verderop ligt. Een flinke trip voor de boeg dus met mijn amper Engels sprekende amie.
Met moeite proberen we toch een gesprek te hebben. En inmiddels weet ik dat hij 2 zoons heeft – zes en acht jaar oud – en dat hij Formule 1 kijkt. Hij is fan van Hamilton. Daar houdt ons gesprek zo ongeveer wel op. Nog 1 uur en 50 minuten te gaan tot Chambéry! Uiteindelijk weet onze Franse pilote er nog 20 minuten af te rijden door flink door te planken. Rond 08:00 uur sta ik dan ook al bij de motorzaak die pas om 09:00 opent. De garagehouder gaat er weer vandoor en ik ga me hier nog een uurtje vervelen.

Rond kwart voor negen komt er iemand aan van de motorzaak. Hij spreekt gelukkig goed Engels en weet al wat ik hier doe! De motor gaat de brug op en zoals verwacht komt de monteur tot de zelfde conclusie als ik. Wel wil hij er nog even nieuwe olie in gooien om zeker te zijn dat het achter het tandwiel vandaan komt, maar dat geloof ik wel. En ik maak hem duidelijk dat dat niet hoeft. Lekker zonde natuurlijk want dan zou ik ook nog 2,5 liter olie kunnen gaan afrekenen die er vervolgens weer uitloopt. De bevindingen worden naar de ANWB gecommuniceerd. En al snel hoor ik dat ik een huurauto krijg om terug in Nederland te komen. Verder gaan ze overleggen of de motor het waard is om terug naar Nederland te repatriëren.
Weer gaan er uren voorbij en ook vandaag heb ik eigenlijk nog niks anders gegeten dan de resterende mueslikoekjes. Inmiddels is het lunchtijd. Echter lijkt het er niet op dat er op het industrieterrein waar de motorzaak zit iets te eten valt te halen. Dus ik besluit aan één van de medewerkers achter de balie maar eens te vragen waar ik terecht kan voor eten. Hij blijkt zo wat te eten te gaan halen en kan voor mij wel een sandwich meenemen. Super aardig! Ik mag uiteindelijk ook wel mee om zelf wat uit te zoeken. Niet veel later lopen we naar de Twingo van de medewerker die Nicolas blijkt te heten. Nicolas is 18 jaar en heeft dus net zijn autorijbewijs.
Als een speer scheurt hij – roekeloos – door het verkeer op weg naar de Boulangerie. In Nederland had hij voor dit ritje van 3 minuten zeker een EMG (educatieve maatregel gedrag) opgelegd gekregen bij het CBR. Maar ik doe alsof er niks aan de hand is want hij helpt me al enorm! Ik neem twee belegde broodjes mee, één voor nu en één voor straks als ik hopelijk onderweg naar Nederland ben.
De helse rit terug naar de motorzaak overleef ik gelukkig ook nog. Daar aangekomen word ik gebeld door de ANWB. De motor wordt met drie weken teruggebracht en ik krijg een Citroën C1 voor mee naar huis. Nou ben ik normaal niet zo moeilijk, maar ik was nu al redelijk op en ik wilde toch wel snel naar huis. En dat zag ik mezelf in een C1 niet in één ruk doen. Het is immers nog zo’n 1000 kilometer naar huis. ‘Hebben jullie misschien niet een auto met cruisecontrol of zo?’ Dat gaan ze even uitzoeken. Weer een uur verder word ik teruggebeld: Een Volvo S90 staat voor me klaar. Top!
De auto blijkt echt gloednieuw – met massagestoelen en al – dus het enige dat ik hoef te doen is de Pilot assist aanzetten en gaan! Voor ik het weet ben ik dan ook alweer thuis. Zonder motor helaas, maar wel weer bij mijn gezin! Jammer dat ik de reis niet met de Tengai heb kunnen voltooien deze keer maar al met al was het weer fantastisch. Ik heb volop genoten en het was heerlijk om eens zo’n week alleen weg te zijn. Over 3 weken is de Tengai als het goed is weer in Nederland en kan ik die klaarmaken voor de volgende trip!
