Ben jij gek van motoren en wil jij jouw passie delen op Motorrijders.nl net als War d de Bles? Meld je dan aan via ons aanmeldformulier!
Motorrijders.nl is er niet alleen voor, maar ook dóór motorrijders. We delen een passie en daarom ook jouw passie! Wij nemen je mee in het verhaal van Ward de Bles en zijn passie voor motorrijden.

- Naam:
- Ward de Bles
- Leeftijd:
- 28
- Woonplaats:
- Bemmel
- Beroep:
- Incidentenmanagement
- Huidige motor:
- Ducati 749 (2003)
Hoe lang rijd je motor en wat was de aanleiding?
“Al sinds een jonge leeftijd ben ik geobsedeerd door auto’s en motoren. De reden dat ik motor ging rijden op mijn achttiende – nog voordat ik in het bezit van een autorijbewijs was – is omdat mijn vader dat ook zo heeft gedaan. Door zijn overlijden in 2007 heeft dat mijn drang om in zijn ‘motorlaarzen’ te treden wel vergroot.
Samen met een maatje begon ik met lessen. Het duurde bij mij iets langer dan bij hem tot ik mijn rijbewijs op kon halen, omdat ik tussendoor nog op zomervakantie ging. Later zou blijken dat het zo had moeten zijn: de uitgiftedatum van mijn rijbewijs werd zo namelijk 14 september, de sterfdatum van mijn vader.
Op de dag dat ik mijn rijbewijs mocht ophalen, ben ik direct vanaf het gemeentehuis doorgereden naar Schijndel op mijn Suzuki GSX-R750 SRAD. Daarvandaan ging de motorgroep van mijn pa een weekend toeren. Dat was allemaal erg intens op dat moment, maar wat een ongelofelijke ervaring om zo te starten met je leven als motorrijder.”
Wat is het dat je zo aantrekt in motorrijden?
“Je krijgt zo ongelofelijk meer mee van de omgeving waar je jezelf in bevindt vanaf een motor dan vanuit een auto. De omgeving is dichterbij en hierdoor voelt het ook alsof je er deel van uitmaakt en dat je je niet alleen maar doorheen verplaatst. Zo ook in de regen natuurlijk. Dat is altijd wat minder, maar alles hoort erbij.”
Hoeveel rijd je per jaar?
“Gemiddeld rijd ik zo’n 10 tot 15 duizend kilometer per jaar. Sinds ik in het bezit ben van de Ducati is dat helaas wat minder geworden omdat ik daarmee natuurlijk zo min mogelijk saaie snelwegkilometers wil maken. Voorheen reed ik een BMW R1150GS waarmee ik geen problemen had om de hele dag op de snelweg te moeten zitten.
Lees ook: De Trans Euro Trail in Nederland
Die BMW kocht ik na een jaar te hebben gewerkt in de Australische outback. Daar reed ik zeven dagen per week op crossmotoren, vandaar dat ik bij terugkomst helemaal gedreven was om dat avontuurlijke motorrijden vast te houden. Daarom wilde ik koste wat kost een adventuremotor kopen. Dat werd uiteindelijk een R1150GS. Echt een heerlijke motorfiets voor wat ik ermee wilde doen: lekker toeren en woon-werkverkeer rijden met toch dat avontuurlijke randje voor het geval ik eens een wegopbreking of zandpad op mijn route tegen zou komen.”

Een jaar lang cowboy uithangen, hoe gaaf is dat?
“Haha, best wel gaaf! Al ben je daar – op de mensen met wie je werkt na – wel heel erg afgezonderd van de wereld. Je werkt de hele dag in je eentje op de motor. Ter verduidelijking: het perceel van de schapenboerderij waar ik werkte heeft ongeveer hetzelfde oppervlakte als de gehele provincie Limburg. Er waren dagen bij dat je, met een fles benzine op je spatbord getaped, maar hoopte dat je geen technische problemen kreeg. Dan sta je er namelijk wel een tijdje voor iemand je vindt. Had ik al gezegd dat het telefoonsignaal in de bush vrijwel afwezig is? Op zulke dagen zag je niet veel anders dan schapen of een suïcidale kangoeroe die nog net voor je voorwiel langs wil springen.
Het is echter ook de plek waar ik wat meer heb leren sleutelen aan motoren. Er lag een iets krachtigere Yamaha in de hoek van een schuur in onderdelen uit elkaar. Mijn chef zei toen: ‘Als je hem in elkaar kan zetten, mag je er van mij mee rijden.’ Een mooi projectje! En het voordeel van een hele voorraad aan onderdelen en lichte crossmotoren is dat je wat kan aanklooien als je wat tijd over hebt. Zo leerde ik eindelijk hoe ik een wheelie maak! Ik hield een blog bij via Polarsteps mocht je meer over dat avontuur willen lezen.”
Waarom juist deze motor?
“Een droom die werkelijkheid werd. De buitenbeentjes vind ik altijd erg speciaal, zo dus ook de 749, al had het evengoed een 999 kunnen zijn. Zowel de 749 als 999 zijn uitgespuugd door de ‘ducatisti’ toen ze aangekondigd werden als opvolgers van de 916/998. Dat had vooral te maken met z’n ultramoderne koppie die vrijwel haaks op de esthetiek van de voorganger(s) staat. Maar voor mij was het liefde op het eerste gezicht. Wel in het geel natuurlijk, want dat rood vond ik te normaal voor een Ducati. Ik denk dat elke motorliefhebber wel een model heeft waarvan je altijd denkt dat je ‘m ooit in je bezit wil hebben. Dat is deze motor voor mij.”
“Ik heb dit model samen met mijn vader ooit in precies deze kleur voorbij zien rijden in Nijmegen. Dat was alles wat er voor nodig was om hem grofweg vijftien jaar later nog steeds de mooiste supersport te vinden. De dubbele koplampen die erg tegendraads onder elkaar geplaatst zijn, doen me denken aan een soort cycloop en vind ik erg gaaf. Achttien jaar na de introductie van deze motor vind ik hem er nog steeds heel modern uitzien. Qua styling was hij zijn tijd in 2003 misschien dan ook wel té ver vooruit.
Hoe het voelt om mijn droomfiets te bezitten? Geweldig! De aanschaf ervan heb ik jaren uitgesteld met het idee dat ik dagelijks wil rijden. Wat heb je dan aan zo’n Ducati die flink wat onderhoud nodig heeft. Maar op een gegeven moment moet je toch een keer toegeven aan je hart en gewoon ‘ja’ zeggen. Blijft hij voor altijd in mijn bezit? Geen idee. Misschien wil ik er ook nog wel een lichte allroad bij voor het speelsere werk. Iets waar ik minder zuinig op wil zijn en geen problemen mee heb om de hele dag snelwegkilometers te moeten vreten. Ik droom nogal graag over andere motoren dan die van mijzelf..”
